Alleen maar fijne dingen

Het is weer zo’n fijne, ontspannen zaterdag. Prachtig weer, het zonnetje schijnt en tot nu toe vind ik het allemaal fantastisch. Beide kranten – Volkskrant en FD – zijn aangekomen met hun magazines. Dat interview met Jesse Klaver en Maarten van Rossem in het 1000ste nummer van het magazine van de Volkskrant was geweldig. Twee zulke tegenovergestelde persoonlijkheden in één interview, heerlijk.

De inwendige mens mag op zaterdag gevuld worden met een portie kibbeling. Dan kan ik me altijd amuseren met de man in de viskraam die me na mijn bestelling vertelt plaats te nemen achter het hek. De stoelen zijn daar nog steeds niet opgesteld.

Het voordeel van redelijk op tijd opstaan is dat je ook veel kan doen. De was zit dus ondertussen in de wasmachine, de afwas gaat echt nog gedaan worden. En het belangrijkste, er dwarrelen allerlei ideeën voor mijn boek in mijn hoofd. Wordt dat echt een boek? Dat idee heb ik even losgelaten. Ik amuseer me op dit moment kostelijk met van alles bij elkaar verzinnen over een stel in coronatijd. Ze maken meer mee dat ik gedaan heb in deze tijd.

Deze is ook voor het boek. Mij ook nog niet geheel duidelijk, maar het komt wel.

En zo zie je maar, elke dag is anders, zat ik gisteren nog over ontregeling te zeuren, misschien is het antwoord dat het ritme zo even goed is. Ja, dat sporten moet ik gewoon weer oppakken, zeker buiten zolang het weer zo mooi blijft. Want dat is echt gewoon lekker.

Geef een reactie