Larry Cooperman (2015), “Managing the one-person library”, Amsterdam: Chandos Publishing (Chandos Information Professional Series)
Dit boekje richt zich op solo-bibliothecarissen die een kleine bibliotheek moeten runnen en onderhouden. Onderwerpen van de hoofdstukken van dit werkje zijn bijvoorbeeld marketing, professionele ontwikkeling, collectievorming, IT, catalogiseren en tijdschriften (in hetzelfde hoofdstuk) en personeel. Die laatste is een vreemde eend in de bijt in een boek over solobibliothecarissen, maar is ook weer gericht op vrijwilligers.
Cooperman – een ervaren solo-bibliothecaris – wilde zijn ervaringen delen met andere solo-bibliothecarissen.
Als solo-informatiespecialist in een groot commercieel bedrijf zou dit voor mij een nuttig boekje moeten zijn. En dat was het op zich wel, maar eigenlijk ook niet. Het boek zet keurig netjes op een rijtje waar het in het werk allemaal om gaat. Maar het gaat meer over het beheer van een bibliotheek en niet zo zeer over de inhoud, namelijk informatiemanagement. Het beheer van de bibliotheek is voor mij een bijzaak. Een bijzaak die ik wel moest leren toen ik in deze baan begon, maar niet het belangrijkste is in mijn werk. Mijn doel is mijn collega’s duidelijk te maken welke informatie we in huis hebben en kunnen krijgen.
Nog een nadeel van dit boek: het is uitstekend te gebruiken als je net begint als solo-bibliothecaris/informatiespecialist/informatiemanager. Werk je zoals ik, al jaren bijna alleen of alleen, dan is het minder goed te gebruiken, want dan worden er toch een aantal open deuren ingegooid.
“Learn to adapt to change” (p. 5) dat moet je niet alleen doen als solopersoon, maar ook als één van vele informatiespecialisten. Ik geloof niet dat ik een beroep kan opnoemen waar in twintig jaar tijd zoveel veranderingen zijn opgetreden als in dit werk.
Een ander nadeel: de case studies zijn niet altijd nuttig omdat het niet mijn ‘line of work’ is. Cooperman noemt wel diverse voorbeelden voor solobibliotheken, zoals openbare, school- en universiteitsbibliotheken, maar zijn casestudies komen bijvoorbeeld niet uit bedrijfsbibliotheken waar mijn werkkring en dus interesse ligt. Dat is niet te verwonderen, want hij is zelf solobibliothecaris in een academische bibliotheek, dus zijn netwerk ligt ook daar, maar voor het zijn wel heel andere situaties.
Was het nou nuttig, kan ik mezelf afvragen? Ja, want ik had wel wat aan de literatuurverwijzingen in het boek die me verwezen naar tijdschriften die ik niet kende, artikelen die bijzonder interessant waren en ook blogs waar ik nog veel meer nuttige informatie kan vinden. Want die regel van Larry Cooperman hanteerde ik al: blijven leren. Het internet is rijk aan informatieve blogs, zeker voor informatiespecialisten.
Een artikel met infographic over het boek kun je hier vinden.
Elsevier verkoopt het boek hier als boek en e-pub en hier in hoofdstukken.