#50books is een initiatief van @petepel. Hij stelt iedere week een vraag over een boek die je naar eigen inzicht mag beantwoorden.
Vraag 40: Hoe belangrijk is de eerste zin van een boek en welke goede voorbeelden ken je?
Ik hou van kabbelboeken. Van die boeken die geschikt zijn voor regenachtige zondagen. Open slaan en in één ruk uit lezen, boeken met een zekere cadans erin. Die beginzinnen zijn dan belangrijk. Als tiener ging ik vaak naar de bibliotheek en in mijn pogingen mooie boeken te vinden, las ik dan vaak die eerste pagina, die eerste zin. Als die zin niet beviel ging het boek de kast weer in. Beviel het wel, dan ging het boek mee naar huis en las ik het compleet. Vaak had ik dan al minstens een hoofdstuk gelezen voordat ik de bibliotheek uit was gelopen. Een paar toppertjes zijn me altijd bij gebleven. Dat waren de meesterwerken die ik al drie keer had geleend uit de bibliotheek voordat ik ze zelf aanschafte.
Mijn lievelingskabbelboek: R.F. Delderfield, Al de dagen van mijn leven (To Serve Them all my Days) de levensgeschiedenis van David Powlett-Jones, leraar op een afgelegen school in Exmar in de periode tussen de twee Wereldoorlogen. Met een openingszin die precies het karakter van het boek beschrijft: ‘De conducteur in Exeter had hem gewaarschuwd dat hij in Dulverton over moest stappen op de trein die in westelijke richting naar station Bamfylde Bridge reed, het eindpunt dat zich het dichtst bij de school bevond, maar hij had er niet bij gezegd dat hij een uur op zijn trein zou moeten wachten.’
Nog zo’n kabbelboek, Betty Smith, Er groeit een boom in Brooklyn (A Tree grows in Brooklyn). Een boek waarvan de cadans me is bijgebleven, maar niet de volledige inhoud, die moet ik ook weer herlezen. Hier was het niet zozeer de openingszin als de openingsalinea die me pakte: ‘Vredig was een woord, dat je op Brooklyn, New York, kon toepassen. Vooral in de zomer van 1912. Wellicht was het woord somber beter op zijn plaats. Het sloeg echter niet op het gedeelte van Brooklyn, dat Williamsburg heette. Er waren nog wel andere liefelijk en prachtig klinkende beschrijvingen te vinden, als je dat wilde, maar deze pasten nu eenmaal niet bij Brooklyn. Vredig was er het enige goede woord voor, vooral op een Zaterdagmiddag in de zomer.’
Eén topper van een openingszin heeft er voor gezorgd dat ik bijna alle boeken van deze schrijver heb aangeschaft. Ik heb het in #50books al een keer eerder gehad over deze man.
Ik moet wel bekennen dat ik hiermee smokkel, er kwam nog een complete proloog vóór die openingszin. ‘The first thing the boy Garion remembered was the kitchen at Faldor’s farm.’ Het was de openingszin van Pawn of Prophecy. David Eddings heeft wat teweeg gebracht met die openingszin. Ik ben er een enorme fantasyliefhebber door geworden.
O die is geweldig die laatste! Ik heb Pawn of Prophecy en eigenlijk de hele Belgariad al een paar keer gelezen. Ik ben fan van die boeken!
Pingback: De laatste zin: #50books vraag 16 - Stukjes
Pingback: Een boek als toneelstuk: #50books vraag 19 - Stukjes