Ik ben meisjesromans aan het lezen. Van die meisjesromans uit de jaren vijftig, met schatjes die lief zijn, op hun achttiende verliefd worden en gaan trouwen en met alle liefde vervolgens huisvrouw worden. Het is makkelijk leeswerk. Mijn schuine oog gaat wel naar die aanstaande huisvrouwen, bijvoorbeeld Pam uit Moekie-Pam van M. Doekes-De Wilde die het conservatorium gedag zegt in ruil voor het huisvrouwschap. Het is tamelijk ouderwets taalgebruik en die meisjes huilen bijvoorbeeld niet maar wenen. Ik ween ook, om die ouderwetse opvattingen.

Het #WOT woord van deze week is

Wenen = 1) Europese hoofdstad 2) Huilen 3) Janken 4) Krijten 5) Oostenrijkse hoofdstad 6) Schreien 7) Snikken 8) Grienen.

Wenen

Even Googlen op internet levert op dat het woord bij onze zuiderburen nog in gebruik is. Belgische meisjes wenen. Hier in Nederland wordt meer onomwonden gehuild. Maar ook grienen kwam ik tegen. In een boek dat ik na jaren weer uit de kast had getrokken, namelijk De scheepsjongens van Bontekoe, kwam ik Hajo tegen, één van die scheepsjongens.

Toen gebeurde iets wat Hajo in geen jaren overkomen was: Hajo griende.

Mijn beste vriendin en ik gaan al jaren met elkaar op vakantie. Even een weekje er tussen uit. Het plan is al jaren een hoofdstad te bezoeken. Ons kennende kan de besluitvorming even op zich wachten en zijn we goed in wisselen. We hebben dus al veel steden bezocht, behalve die ene. Want we wilden eigenlijk vorig jaar al Wenen bezoeken, maar helaas kwam corona tussendoor. Het jaar daarvoor hadden we besloten toch maar een andere stad te bezoeken en het jaar daarvoor was Wenen voor het eerst ter sprake gekomen, maar toch weer afgevallen. Dit jaar ook geen Wenen, we voelen er geen van beiden echt voor dit jaar naar het buitenland te gaan. Daar kunnen we om snikken, maar het is niet anders.

Schrijf je mee?

En jij? Maak je me jaloers want je bent al vier keer in Wenen geweest? Ween je erover, kan je erover huilen of snikken? Laat me horen wat je ervan vindt en laat een reactie achter.

#WOT betekent Write on Thursday. Iedere donderdag verzin ik een woord waar je over kunt schrijven (bloggen, vloggen of ploggen). Niets moet, alles mag. Je kunt op ieder moment instappen. De vorige woorden kun je in het archief vinden.