De zwarte lord, een boek voor #MSL2019

Een nieuw boek voor #MSL2019 en het is een historische roman. Ik heb namelijk De Zwarte Lord van Rihana Jamaludin gelezen. Meer nog dan in bijvoorbeeld Hoe duur was de suiker is het hoofdonderwerp de slavernij in Suriname.

Het verhaal

Regina Winter, een jonge gouvernante, neemt een baan aan in Suriname. Ze moet Walther Blackwell lesgeven. Deze jongeman is de zoon van een blanke planter en een zwarte slavin. Zijn blanke vader heeft hem erkend en zijn bezittingen nagelaten. Regina’s ouders zijn beiden overleden. Haar vader is naar Suriname gegaan en heeft daar haar moeder ontmoet. Haar moeder is bij de bevalling overleden, haar vader is met zijn dochter naar Nederland teruggegaan en heeft het kind bij zijn zus achter gelaten. Hij overlijdt een paar jaar later.
Regina moet in Suriname Walther in de gaten houden, omdat hij volgens Frederik van Roepel, een werknemer van Walther, gek doet. Pas later komt ze erachter dat Van Roepel haar voor de gek heeft gehouden en wil ze Walther helpen. Hij heeft zijn ideeën over slavernij. “Vrijheid is in de meest letterlijke zin, je voeten te kunnen zetten waar je hoofd heen wil gaan.” (p. 244) Ze ontmoet Reiner Campenaar, een jonge blanke Nederlander en verlooft zich met hem. Ook ontmoet ze diens vriend James Miller, een Engelsman die door een zwarte slavin is opgevoed. 1848 is een revolutiejaar met allerlei gebeurtenissen in de wereld die tot in Suriname door klinken. Voor Regina wordt het leven moeilijker als duidelijk wordt dat ze een mesties is, voor een achtste zwart, haar moeder was een slavin. Die feiten vallen moeilijk te controleren omdat haar beide ouders zijn overleden. Hierdoor verandert haar hele leven. Wettelijk gezien is ze zelf waarschijnlijk slavin. Reiner ziet het niet zitten met haar en zet haar aan de kant op een schrijnende manier: “Hoe denk je dat ik terug zou kunnen naar Nederland, met een zwarte vrouw? Ik zou voor gek staan! En mijn kinderen, die zouden geen toekomst hebben. Nee, mijn nakomelingen moeten zuiver zijn, ik kan me geen smet permitteren. Dat ben ik aan mijn familie verplicht. Het spijt me, Regina, maar hiermee houdt het op.” (p. 386)

De zwarte lord

Rihana Jamaludin, De Zwarte Lord. – 2e dr. – Amsterdam: KIT Publishers, 2010. – 523 p.
ISBN 978-94-6022-034-0

De slavernij in Suriname

Het Suriname van halverwege de negentiende eeuw is een rangen en standen maatschappij, waarbij de slaven op de laagste ladder staan. Kleurlingen en vrije zwarten stonden daar maar net boven. Joden vormen een tweederangsgroep. De blanke mannen konden wel een verhouding aangaan met slavinnen en kinderen maken, maar die kinderen waren dan evengoed slaven. Het verhaal van de zwarte lord speelt van 1846 tot 1848. In 1848 werd in Frans Guyana de slavernij afgeschaft. Dat was in Brits Guyana al vijftien jaar eerder gebeurd. In Suriname duurde het tot 1863 voordat de slaven werden “geëmancipeerd”. Daarbij betaalde de Nederlandse regering 300 gulden per slaaf aan de eigenaar ter compensatie van het verloren eigendom. Bovendien werden de voormalige slaven tien jaar onder staatstoezicht geplaatst, hetgeen erop neer kwam dat ze op dezelfde plantages bleven werken. Maar daar was in dit boek nog geen sprake van.
Naast die slavernij was er het probleem dat men van mening was dat het bestuur van de kolonie uitsluitend in het voordeel van Nederland besluiten nam. Nederland wilde niets investeren, enkel winsten en belasting innen.

Theater in romans

De toegift van dit boek: de Franse theatergroep, La Troupe Rouge die in Paramaribo optreedt. De groep bestaat uit blanken, zwarten en mulatten. Regina krijgt ook met de groep te maken. Ze kan haar schrijftalenten inzetten en schrijft een toneelstuk. Het is geen onverdeeld succes. Van haar eerste stuk De bruid van de wind, maakt de groep een dubbelzinnige klucht.

Wat vond ik ervan?

Was het interessant? Ja, absoluut. Ik vond het heel interessant om meer te lezen over de slavernij in Suriname en ben zeker van plan me er verder in te verdiepen. En het dagelijks leven in Suriname was beklemmend door de rangen en standen, maar leuk om over te lezen. Het was goed genoeg om door alle 523 pagina’s heen te ploegen. Maar hier en daar had het wat ingekort mogen worden. En ondanks de vorm, de ik-persoon was Regina, kreeg ik niet echt een band met haar. Die ik-vorm zorgde er ook voor de rest van de personages op afstand bleef. Walther, de zwarte lord is eigenlijk de hoofdpersoon, maar deze jongeman leerde ik niet echt kennen. Ik merk nu wel dat ik een beetje negatief ben terwijl het eigenlijk een positieve leeservaring was. Het boek krijgt daarom wel vier sterren van me op Goodreads

Maand van de Surinaamse Literatuur

De Maand van de Surinaamse Literatuur #MSL2019 wordt voor de tweede keer georganiseerd. In 2018 door Jannie, dit jaar organiseer ik de maand. Hier kan je lezen wat je kan doen, hier is het verzamelblog van alle boeken die gelezen worden.

Voor mij ben je hier, een boek voor #MSL2019

Het eerste boek dat ik dit jaar lees voor de Maand van de Surinaamse Literatuur #MSL2019 is een boek dat ik vorig jaar al wilde lezen, namelijk de verhalenbundel van Michiel van Kempen, Voor mij ben je hier. Vorig jaar werd het aangeprezen door Jannie als een goede kennismaking met de Surinaamse literatuur. Dit jaar heb ik het kunnen lenen uit de bibliotheek.

Surinaamse literatuur

Michiel van Kempen, red., Voor mij ben je hier: verhalen van de jongste generatie Surinaamse schrijvers. – Amsterdam: Meulenhoff, 2010. ISBN 978-90-290-8679-0

Voor mij ben je hier

Van Kempen heeft in deze bundel zestien Surinaamse schrijvers bijeen gebracht, twaalf vrouwen, vier mannen. Schrijvers die veelal in de 21ste eeuw bekend werden. Als je naar de leeftijden gaat kijken ligt het wat genuanceerd, van de zestien schrijvers zijn er twaalf ouder dan ik. Wel zie je dat veel van deze schrijvers hun debuut maken in de 21e eeuw. Eén ervan, Iraida Ooft maakt zelfs haar debuut in deze bundel. Van Kempen maakt er een punt van dat er een schrijversvakschool is geopend in Suriname, Ooft is op het moment van verschijnen van deze bundel student aan deze school.

Wat vond ik ervan?

Het viel me niet mee. Sommige van deze verhalen bevatten zoveel Surinaamse woorden dat het lastig te lezen was. Er zat een verklarende woordenlijst in het boek, maar de hele tijd heen en weer bladeren is niet handig. Ik vond de kwaliteit van de verhalen wisselend. Er zaten maar een paar verhalen tussen die indruk op me maakten. Henna Goudzand Nahar schreef School was mijn wereld, een ontroerend verhaal over de zestienjarige Adil die met zijn vader in Nederland woont. Zijn moeder en zus zijn in de oorlog omgekomen. Guilly Koster, De dominee is vrouwmens, over een Surinaamse journalist die in het katholieke Limburg een protestantse vrouwelijke dominee tegenkomt. Ze is van Surinaamse afkomst. Het is zonder meer een leuk verhaal. Iraida Ooft, High Maintenance, heeft een mooi verhaal geschreven, maar zorgt door een technisch trucje voor afstand. Het verhaal is in tweede persoon geschreven. Joanna Werners heeft met Nestgeuren een mooi verhaal geschreven, over Avinash die naar Suriname reist om zijn moederland weer te zien. Het verhaal is lastig te lezen en verwarrend omdat het wisselt van perspectief en het niet altijd duidelijk is waar dat gebeurt. Voor de rest vond ik de verhalen niet echt goed of gewoon bijzonder lastig te begrijpen.

Maand van de Surinaamse Literatuur

De Maand van de Surinaamse Literatuur #MSL2019 wordt voor de tweede keer georganiseerd. In 2018 door Jannie, dit jaar organiseer ik de maand. Hier kan je lezen wat je kan doen, hier is het verzamelblog van alle boeken die gelezen worden.

Verzamelblog #MSL2019

Het is 1 september 2019. We gaan beginnen met de Maand van de Surinaamse Literatuur!

Voor inspiratie verwijs ik jullie niet alleen naar de hieronder genoemde blog, waarin de tips van Janny worden genoemd, maar ook naar deze blog van Janny, waarin ze de Maand van de Surinaamse Literatuur 2018 samenvat.

Boek uit? Laat het weten in de reacties op de blog Het licht op Suriname: wie doet ermee? Laat daar auteur, titel, je naam (zoals je die hier vermeld wilt zien) en link naar je bespreking achter. Als je geen blog hebt, kun je daar een korte bespreking achter laten. Ik ga de titels hier verzamelen op volgorde van binnenkomst.

20190901s_boeken_september

Hier is de lijst

De recensies staan op volgorde van binnenkomst. Het gaat dit jaar alleen maar om de eer, want ik heb niet zoals Janny een aantal boeken die verloot kunnen worden. Het is een beetje jammer dat er dit jaar niet zoveel bloggers hebben meegedaan. Het resultaat is helaas mager.

  • Scheurbuik van Annette de Vries, een bespreking van Sue.
  • Voor mij ben je hier, onder red. van Michiel van Kempen, een bespreking van Ali.
  • De Zwarte Lord, van Rihana Jamaludin, een bespreking van Ali.

Het licht op Suriname: wie doet er mee?

Vorig jaar begon boekenblogster Janny ermee: het zoeklicht op Suriname. Het land dat ooit deel uitmaakte van het Koninkrijk, het land waarvan vele inwoners naar Nederland zijn getrokken. Veel inwoners zijn van Nederlandse afkomst. Vorig jaar deed ik mee omdat ik nog nooit een boek van een auteur uit die contreien had gelezen. Het werd hoog tijd dat ik daar verandering in bracht en leverde een interessante leeservaring op. Dit jaar kan Janny de maand door omstandigheden niet organiseren en heb ik aangeboden het over te nemen.

Maand van de Surinaamse Literatuur: september

Vorig jaar heb ik een paar prachtige romans gelezen, dit jaar hoop ik er nog meer te vinden. September wordt weer de Maand van de Surinaamse Literatuur, met de hashtag #MSL2019. Vat het thema ruim op. Niet alleen Suriname kent prachtige auteurs, ook over de Nederlandse Antillen is voldoende geschreven door auteurs van de eilanden. Hieronder kan je in de reacties de titel en de naam van de auteur met eventueel een link naar je bespreking op je eigen blog of op Goodreads achterlaten. Heb je geen blog of Goodreads account? Bespreek het hieronder kort. Ook dit jaar zullen de titels in een apart blog verzameld worden. Dat blog zal ik op 1 september publiceren.

Tips voor het lezen

Janny heeft vorig jaar in een apart blog leestips verzameld. Dat ga ik niet herhalen, hier vind je dus de link naar de tips van Janny. Het enige dat ik heb gedaan is het controleren van de links en die kloppen allemaal nog. Wil je inspiratie uit wat vorig jaar gelezen is? Kijk dan hier voor de complete lijst.
Een aanvulling op de tips: over de geschiedenis van Suriname kan ik doorverwijzen naar ‘Suriname in kaart gebracht‘ van het Geheugen van Nederland.

Astrid Roemer

Wie doet er mee?

Ik heb al een aantal boeken uit de bibliotheek gehaald, namelijk van Karin Amatmoekrim, Het knipperleven en van Annette de Vries, Drijfhout. De minibieb hier in de buurt had een tijdje terug Astrid Roemer, Over de gekte van een vrouw in voorraad. Dus ik amuseer me wel. Als iemand mee wil doen, is dat natuurlijk heel erg leuk. Laat vooral een reactie achter. Veel plezier bij het lezen.

Hoe duur was de suiker? een boek voor #MSL2018

September is de Maand van de Surinaamse Literatuur #MSL2018, het is een initiatief van boekenblogger Jannie. Door vakantie liep ik nog een boek achter en dat heb ik nu gelezen. Het boek is ook verfilmd en die film werd in september uitgezonden op tv. Ook daar heb ik naar gekeken.

Hoe duur was de suiker?

De roman speelt in de periode 1765-1779. Het is de bloeitijd van de suikercultuur en ook de periode van de Boni-oorlogen. De plantage-eigenaren leven in voortdurende vrees voor de aanvallen die marrons onder leiding van Boni uitvoeren op de plantages. Tegen dit decor beschrijft Cynthia Mc Leod in meeslepende stijl het leven van Elza en Sarith, dochters uit een joodse plantersfamilie, en hun slaven. In de onrechtvaardige slavenmaatschappij die de kolonie Suriname is, ervaren meesters en slaven dat de suiker duur wordt betaald.

De inhoud

Hoe duur was de suikerDe setting: 1765, de plantage Hébron in Suriname, hier vinden we de zeventienjarige Elza, zij heeft een joodse vader, maar is zelf geen jodin, omdat haar moeder niet joods was. Na het overlijden van haar moeder hertrouwt haar vader met Rachaël, die drie dochters het huwelijk inbrengt, Esther, Rebecca en Sarith, zij is even oud als Elza. Er is een tweedeling tussen blanken en slaven in de maatschappij en de kloof is groot. Maar in ook de blanke maatschappij bestaat een scherpe scheiding, namelijk tussen christenen en joden. Rutger Le Chasseur, een jonge man net uit Holland overgekomen, kijkt op moderne wijze naar de samenleving in Suriname. Hij begrijpt weinig van de slavernij en uit zich daarover, maar de mensen in Suriname zijn het niet met hem eens. “Met stràffen moest men slaven behandelen, ze waren dom en lui. Als je hen niet flink en wreed strafte en danig bang maakte, zouden ze nog denken dat ze konden doen wat ze wilden. En ze waren toch immers door de Heer geschapen om voor de blanken te werken en te zwoegen?” (p. 24) Op achttienjarige leeftijd trouwt Elza met Rutger Le Chasseur, maar Rutger krijgt al vrij snel een verhouding met Sarith. Zij had haar eerste seksuele ervaring al op jonge leeftijd en – jaloers als ze is op Elza – begint ze iets met Rutger. Hij vindt dat Elza geen jaloers vrouwtje moet worden en Elza verdraagt veel, maar uiteindelijk gooien ze toch Sarith het huis uit. Sarith trouwt met Julius Robles de Medina, een weduwnaar met tienerkinderen. Op eenentwintigjarige leeftijd is ze bang een oude vrijster te worden. Haar slavin Mini-mini gaat mee naar de plantage van Julius. Sarith krijgt een zoontje, Jethro, maar is verveeld in haar huwelijk. Ze begint iets met Reindert Andersma, een luitenant en wordt zwanger van hem. Hij wordt gedood bij een overval op de plantage en dan pas komt Julius achter deze verhouding. Hij kan haar niet vergeven. Haar dochtertje is duidelijk een dochter van Reindert. Julius begint een relatie met Mini-mini, hij houdt van haar en maakt haar zwanger. Sarith is jaloers en verkoopt Mini-mini, maar Julius haalt haar terug. Het huwelijk is voorbij en als tijdens een gele koorts epidemie hun zoon overlijdt, is er geen enkele band meer tussen de twee.

Leeservaring

Mc Leod beschrijft op een prettige wijze het leven van de kolonisten van Suriname en het slavenleven. Het boek wordt verteld uit de perspectieven van de diverse hoofdrolspelers, Elza, Sarith, Rutger, Julius en ook Mini-mini. Het zorgt ervoor dat je niet alleen over de witte hoofdrolspelers leest, maar ook meer over de levens en achtergrond van de slaven. Die verschillende perspectieven hebben het voordeel dat je het verhaal van diverse zijden hoort, met de achterliggende gevoelens van de personages. Je krijgt bijvoorbeeld een heel goed beeld van Sarith, die in haar jeugd door en door verwend is en alles kreeg wat haar hartje begeerde. Dat zorgt ervoor dat ze ook dingen van anderen wil, zoals Rutger van Elza. Het verhaal is in feite een samenspel tussen Elza en Sarith, zij zijn de hoofdrolspelers, hun verhaal wordt verteld tegen de achtergrond van de slavernij in Suriname. Elza’s gezin is in feite een model voor de Surinaamse samenleving. “Was niet alles en iedereen afhankelijk van de slaven? Net zoals zij zich verloren voelde zonder Maisa, net zo zou de kolonie verloren zijn zonder de slaven. Zij deden alles, wisten alles en de blanken konden niets en wisten niets.” (p. 287) Een cruciaal punt in het boek vind ik wel dat Sarith Elza vraagt of deze haar kan vergeven. Ze moet zichzelf vergeven vindt Elza.

Kijkervaring

De film is dan weer heel andere koek, want die begint in 1747 vanuit het oogpunt van Kwasiba, de moeder van Mini-mini, en hier wordt duidelijk dat haar vader een blanke man is. Het verhaal is wat samengeperst, personages uit het boek verdwijnen in deze film. En hier gooit Elza wel snel en resoluut Sarith het huis uit als antwoord op de seksuele avances van haar stiefzusje naar haar man. De invalshoek is anders, de film gaat uit van het verhaal van Sarith en Mini-mini, blijkbaar om toch de verhouding tussen blanken en slaven meer te benadrukken. Elza gaat op een gegeven moment met Rutger naar Nederland en blijft daar. De relatie tussen Julius en Mini-mini wordt hier meer uitgewerkt. Zit ze in het boek nog ergens apart in een huisje, hier wonen Julius en zij openlijk samen. Sarith stelt haar vraag hier aan Mini-mini. Het standpunt van de slavenhandelaar die Mini-mini aan Julius terug verkoopt, vind ik ook essentieel: “Mensen als u zijn de pest van deze tijd. Heeft u dan geen enkel besef van de noodzaak van superioriteit in Gods schepping?” Zie daar de kern van boek en film: blanken zijn superieur, slaven zijn inferieur. Qua film vind ik het trouwens best een aardige film, maar Gaite Jansen die de rol van Sarith speelt, heb ik wel eens beter zien spelen.

Over Cynthia Mc Leod

Cynthia Mc Leod werd geboren in 1936. Haar vader was de eerste president van Suriname, Johan Ferrier. Ze volgde de middelbare school in Suriname en studeerde in Nederland voor lerares Kinderverzorging en -opvoeding. Ze trouwde met Donald Mc Leod die ze in Nederland had leren kennen. Terug in Suriname deed ze haar MO Nederlands en gaf ze les op middelbare scholen. Haar man werd diplomaat in het buitenland en daar begon ze met schrijven. Hoe duur was de suiker? was haar eerste roman en verscheen in 1986.

Hoe duur was de suiker? : Surinaamse historische roman / Cynthia Mc Leod. – herz. Ned. ed. – Schoorl: Conserve, 2010. – ISBN 978-90-5429-048-3

Tussen Apoera en Oreala, een boek voor #MSL2018

September is de Maand van de Surinaamse Literatuur #MSL2018, het is een initiatief van boekenblogger Jannie.

Tussen Apoera en Oreala

Twee indianendorpen in de regenwouden van Suriname en Brits Guyana vormen het toneel van een hartverscheurend liefdesverhaal. Sathobang en Kolâsji zijn elkaars grote liefde maar worden uit elkaar gedreven door een tragische gebeurtenis. Hun zoon Sasamali sterft terwijl hij als rubbertapper in de binnenlanden werkzaam is. Sathobang, geboren en getogen in Apoera houdt de oude Arowak godsdienst aan. Kolâsji is als jongen opgegroeid in een christelijk internaat in Georgetown. Verteerd door schuld en spijt scheiden hun wegen. Kolâsji belandt in de armen van een andere vrouw.

Kolâsji en Sathobang

Tussen Apoera en OrealaHet verhaal speelt zich af in Suriname rond de rivier de Corantijn, de grens tussen Suriname en Brits Guyana. Kolâsji en Sathobang wonen in Apoera in Suriname en voeden samen hun kleinzoon Binali op. Zijn ouders zijn beiden overleden. Kolâsji is christelijk opgevoed op een internaat in Georgetown in Brits Guyana, maar gebruikt nog steeds de oude Indiaanse kennis van zijn vader. De twee culturen zijn gemengd in zijn leven. Sathobang heeft nooit wat op gehad met het christendom en houdt haar oude godsdienst aan. Ze hebben er regelmatig ruzie over, zoals over de mierenproef die Binali zou moeten ondergaan, zijn rite naar de volwassenheid. Kolâsji vindt het onzin en wil het absoluut niet, Sathobang wil het wel en drijft haar zin door. Het zorgt voor een wig tussen de twee en Kolâsji gaat weg, voor werk zegt hij, maar hij wil even bij Sathobang weg. Hun verhouding was al slecht door het overlijden van hun enige zoon Sasamali. Ze maken voortdurend ruzie. In het dorp Oreala in Brits Guyana ontmoet Kolâsji Jajani. Ze krijgen een relatie en gaan samenwonen. Sathobang vermoedt wel iets, maar weet het pas zeker als zij met Binali naar Oreala reist en daar haar man ziet met een andere vrouw. De relatie met Jajani eindigt als die probeert Kolâsji en Sathobang te laten scheiden, omdat Sathobang oud zou zijn en nauwelijks zou kunnen lopen. Kolâsji keert niet terug naar zijn vrouw. In plaats daarvan gaat hij naar Georgetown en krijgt werk als conciërge in zijn oude school.

Joerji-tokorho

Joerji-tokorho, de vrouw uit de proloog is een verre voormoeder van Sathobang. Ze is een jonge vrouw die haar man en baby verliet om bij de Ekekoeli te gaan wonen. Daarmee heeft ze haar dorp voor vernietiging behoed. Joerji-tokorho en de andere stamouders leven met zijn allen in een omgeving die sterke overeenkomst vertoont met de Olympus, inclusief alle ruzies en discussies waar de Griekse goden om bekend staan. Het is voor haar van belang dat Binali, haar laatste nakomeling goed opgevoed wordt. “Op de stamouders rustte te allen tijde de taak de levenden tot de orde te roepen. Ze konden de zaken niet zomaar op hun beloop laten.” (p. 195) De taak van Sathobang is gedaan, ze heeft ervoor gezorgd dat Binali de mierenproef heeft doorstaan. Nu moet Kolâsji de jongen verder opvoeden. Ze verschijnt aan Sathobang in de gedaante van een naakte oude vrouw en in de vorm van een okopipi, een helblauw giftig kikkertje, hetzelfde kikkertje als op de omslag van het boek staat.

Leeservaring

Ik moet eerlijk zijn, het viel niet mee. Clark Accord heeft niet bepaald een vloeiende schrijfstijl en dat maakt het niet makkelijk. Wat het ronduit moeilijk maakt is het feit dat hij veelvuldig gebruik maakt van sprongen in de tijd naar de jeugd van Kolâsji en Sathobang, en dan weer naar het heden. Tussendoor vind je verhalen over de families, het overlijden van Sasamali, en nog meer. Bovendien opent het boek met het verhaal van Joerji-tokorho. Het is een verhaal waar je in eerste instantie geen touw aan kan vastknopen. Pas in het tweede deel wordt duidelijk wat voor rol deze vrouw heeft in het leven van Sathobang en Kolâsji. Het is een liefdesverhaal, maar waar het in feite op neer komt is een clash tussen godsdiensten. Sathobang die haar oude godsdienst aanhoudt, Kolâsji die tegen wil en dank christen is geworden. Hij heeft op een christelijk internaat gezeten waar een bijzonder sadistische pater er alles aan deed om “het bos uit het lijf te halen” (p. 282). Kolâsji is deels als Indiaan, deels als christen opgevoed en heeft daar moeite mee. Wat het boek wel interessant maakt is dat het zich in de binnenlanden van Suriname afspeelt. Wat setting betreft heeft Accord zeker moeite gedaan.

Clark Accord

Clark Accord werd in 1961 geboren in Paramaribo. Nadat hij voor zijn middelbare school was geslaagd, trok hij naar Amsterdam. Daar bleef hij wonen en volgde hij een opleiding tot visagist, een carrière waar hij succesvol in was. In 1999 publiceerde hij zijn debuut, De koningin van Paramaribo. Deze roman vertelt over het leven van Maxi Linder, Suriname’s beroemdste prostituee. Het boek werd een bestseller. In 2005 publiceerde hij dit boek. In 2011 overleed Accord aan de gevolgen van maag- en darmkanker.

Tussen Apoera en Oreala : een liefdesgeschiedenis in de regenwouden, Clark Accord. – Amsterdam: Vassallucci, 2005. – ISBN 90-5000-188-2

Het geheim van mevrouw Grünwald, een boek voor #MSL2018

De Maand van de Surinaamse Literatuur, boekenblogger Jannie vond het een fantastisch thema voor de maand september. Ik was het met haar eens. Vorige maand heb ik een aantal klassiekers gelezen, deze maand ga ik Surinaams.

Het geheim van mevrouw Grünwald

Zomer 1990, Amsterdam Oud-West. Mevrouw Grünwald, een oude Surinaamse vrouw, vertelt de negentienjarige Anna haar levensverhaal. In 1940, meteen na de Duitse inval in Nederland, wordt ze met haar man en haar drie kinderen geïnterneerd in Kamp Copieweg in Suriname. Haar familie heeft om sentimentele redenen nooit afstand gedaan van hun Duitse nationaliteit. Pas in februari 1947 mogen ze het kamp verlaten en gaan ze weer in Paramaribo wonen. Ik had dit boek uitgekozen omdat het voor mij als historicus een totaal onbekend stukje geschiedenis aansneed. Ik heb nooit geweten dat in Suriname Duitsers werden geïnterneerd tijdens de Tweede Wereldoorlog. Nog zo’n onbekend stukje geschiedenis, dat Suriname rijk werd tijdens de oorlog vanwege het bauxiet dat hard nodig was voor de vliegtuigindustrie.

De inhoud

Het geheim van mevrouw GrünwaldHet verhaal wordt grotendeels verteld door mevrouw Grünwald. In 1955 toen ze 63 was, vertrok ze naar Nederland met haar drie jonge kinderen. Dat ze pas in 1955 vertrekt heeft te maken met het geheim uit de de titel. In Nederland wordt ze met de nek aangekeken omdat ze Duitse is, en gediscrimineerd omdat ze Surinaamse is met het bijbehorende accent en de eetgewoonten. Haar kinderen worden gediscrimineerd vanwege hun getinte huid. Mevrouw Grünwald vertelt Anna over haar leven met haar man Fritz, en hun leven in Kamp Copieweg. En dat leven was zeker niet eenvoudig, met hardvochtige bewakers, weinig te eten, volop verveling, ontberingen, vrienden die het niet overleven. Ook openbaart ze haar geheim.

Leeservaring

Is het een fijn verhaal? Nee, hier maak je kennis met kleinzieligheid en kortzichtigheid. Iedereen kent het verhaal van de Amerikanen van Japanse afkomst die opgesloten worden in Amerikaanse concentratiekampen. Dit verhaal is nauwelijks bekend. Mensen die zich Surinamers voelen opsluiten omdat ze toevallig een bepaalde nationaliteit hebben, het is onbegrijpelijk. Vervolgens maken ze in Nederland ook kennis met discriminatie en de gevolgen van de oorlog. Wat het voor mij niet makkelijk maakte was het feit dat ik niet helemaal begreep wat er met Anna en haar familie speelde. Haar grootmoeder, ook een Surinaamse, heeft een band met mevrouw Grünwald. Zij heeft haar niet voor niets naar mevrouw Grünwald gestuurd, maar voor die reden moest je wel behoorlijk tussen de regels doorlezen. Als roman, als verhaal, vond ik dit debuut van Diana Tjin zeer geslaagd en boeiend.

Over Diana Tjin

Diana Tjin (1961) woont in Amsterdam Oud-West met haar man en twee kinderen, en werkt bij de Universiteit van Amsterdam. Het geheim van mevrouw Grünwald is haar debuut.

Het geheim van mevrouw Grünwald, Diana Tjin. – Haarlem: In de Knipscheer, 2017. – ISBN 978-90-6285-954-8

Leesplannen: theater in romans en #MSL2018

Ik heb leesvaart. Door de vele vrije uren, ik werk nog niet volledig, heb ik veel tijd om te lezen en dus ook aan projecten mee te doen. In augustus heb ik meegedaan aan de Maand van de Klassieker #MKA2018. In september wil ik meedoen aan de Maand van de Surinaamse Literatuur #MSL2018, georganiseerd door boekblogger Jannie.

Theater in romans

Mijn project over theater in romans loopt al vanaf 2006 en is work in progress. Ik ben er nog steeds mee bezig en haal af en toe weer een paar boeken uit de bibliotheek. Nu heb ik een roman van een Finse schrijfster, Riikka Pulkkinen, De beste van alle mogelijke werelden. Daar gaat een bespreking van verschijnen op mijn blog. En ik heb nog een boek liggen van Michele Murgia, De lessen. Dat boek wil ik ook bespreken. Alle boeken die ik overigens heb besproken voor dit project staan op een aparte pagina op mijn blog, Boeken van A tot Z.

Maand van de Surinaamse Literatuur #MSL2018

Waarom wil ik meedoen? Ik lees weinig Nederlands en dat wil ik veranderen. Tevens heb ik nog nooit iets van een Surinaamse auteur gelezen. Hier vind je hoe #MSL2018 werkt. Dit wordt een verbreding van mijn leeshorizon. In de bibliotheek heb ik een aantal boeken uitgezocht die ik wil lezen. Deze titels lijken me interessant.

  • Voor mij ben je hier, dit is een verhalenbundel
  • Tussen Apoera en Oreala, van Clark Accord
  • Over het zoute water, van Henna Goudzand Nahar
  • Het geheim van mevrouw Grünwald, van Diana Tjin
  • Hoe duur was de suiker, van Cynthia McLeod. Dit boek is ook verfilmd.
  • Negerjood in Moederland, van Ellen Ombre

Hoeveel ik er ga lezen, weet ik nog niet. Ligt ook aan de hoeveelheid tijd en energie die ik heb. Maar ambitieus is het. Ook leuk, het is lang geleden dat ik zoveel heb gelezen en ook zo verschillende boeken.